Omslag_EW05 600
Juni 2021

Circulair werken in de praktijk

30 01

Alles in de restafvalbak is verleden tijd. De installatiesector kijkt steeds beter naar de waarde van te recyclen materialen. En, is vervanging wel altijd aan de orde? Soms kunnen componenten ook in een vernieuwde installatie gewoon nog jaren mee. Maar is de markt er rijp voor? Twee ervaringsdeskundigen bieden een blik op hun praktijk.

Circulair werken is nu echt een hot item’, meldt directeur-eigenaar Pieter Paree van installatiebedrijf Paree. Vanuit zakelijk oogpunt verstandig, want de hoge kosten voor het aanbieden van restafval maken het aantrekkelijk(er) om daarvan zo min mogelijk te hebben. Op zijn bedrijfslocatie in het Zeeuwse ’s Heerenhoek is een milieustraat ingericht die inmiddels flink is uitgebreid. ‘Er is een speciale houtcontainer, een bak voor kabels, we scheiden metalen en hout, er is een bak voor tl-buizen, een bak voor accu’s plus een voor apparaten met een snoer. Ook plastics houden we apart en er is een bak voor restafval.’
‘Die laatste categorie was jaren geleden de grootste, maar nu niet meer door onze strikte manier van scheiden. We werken met gespecialiseerde bedrijven die de ‘grondstoffen’ uit onze milieustraat ophalen en verder verwerken. Voor de metalen, waaronder koper uit de kabels, krijgen we een vergoeding, maar gebruikt hout bijvoorbeeld is een kostenpost. Gelukkig gaf een mederwerker - die actief is als vrijwilliger – mij de tip dat scholen en ook de sociale werkplaats dat hout goed kunnen gebruiken.’

‘Het vertrouwen in hergebruikte materialen moet groeien’

Mindset moet veranderen

Bij Unica is senior inkoper Jacqueline Nelissen continu op zoek naar wat er mogelijk is met circulariteit. ‘Is circulariteit materialen terughalen, zoals kabels, en dan het koper omsmelten en de kunststof kabelmantels tot granulaat vermalen? Of laten we ingenomen materialen en componenten reviseren door gespecialiseerde bedrijven zodat ze opnieuw gebruikt kunnen worden? Dat laatste is naar mijn mening nog altijd de beste vorm van circulariteit, omdat het uitgaat van – het aanpassen van – een nu geïnstalleerd systeem. Zo is bij een luchtbehandelingskast op het dak van een gebouw vaak winst te behalen door bijvoorbeeld betere ventilatoren te plaatsen of het aanbrengen van warmteterugwinning.’ Nelissen kijkt daarbij ook naar de rol van de producenten die nog steeds de voorkeur geven aan ‘maagdelijke grondstoffen’. ‘De mindset bij consumenten en bedrijven moet veranderen, want altijd voor ‘nieuw’ kiezen is een deel van het probleem. Producenten moeten anders naar de markt gaan kijken. Het huidige verdienmodel is wat dat betreft niet langer houdbaar. Nu al schieten grondstofprijzen door schaarste en onbalans tussen vraag en aanbod, alle kanten op. Hergebruik zal dus meer kansen moeten krijgen, gangbaarder worden en ook betaalbaarder. Initiatieven als materialenpaspoorten en urban mining gaan daarbij zeker helpen.’

30 02Paree won met succes een aanbesteding door in te ­zetten op circulair.

Wil de klant het wel?

Nelissen meldt dat Unica zich verplicht voelt als onderneming om nieuwe technieken in te zetten. ‘Daarbij moet het wel passen in de wensen en mogelijkheden van de klant. Recent was er discussie binnen Unica of we niet volledig gasloos zouden moeten aanbieden. De vraag is dan of de klant het wel wil en er ook voor wil betalen. Er zullen aanbieders zijn die op een traditionele, minder duurzame manier werken en goedkoper aanbieden en dan staan wij met lege handen. Dat maakt het lastig. Wat we daarom doen is klanten adviseren en informatie aanreiken die bewustwording stimuleert. Bijvoorbeeld door onze ‘groene’ leveranciers de mogelijkheid te geven een webinar te organiseren voor klanten.’ Ook het idee bij klanten over de kosten van circulaire componenten en/of installatietechniek helpt niet mee volgens Nelissen. ‘Men verbindt circulariteit aan goedkoop en voordelig. Ingenomen materialen en componenten moeten echter secuur worden gecontroleerd en waar nodig hersteld. Ook de extra logistieke handelingen voor demontage en transport zijn niet gratis en dragen bovendien bij aan de totale footprint. ‘Circulair’ is dus niet per se goedkoper dan ‘nieuw’.’

Vertrouwen

‘Ook het vertrouwen in hergebruikte materialen moet groeien. Het voelt nu nog niet goed om voor een gebruikt product hetzelfde of maar net iets minder te betalen dan voor een nieuw product. Dat is gevoed door onervarenheid met circulaire toepassingen en niet gebaseerd op feiten,’ aldus Nelissen. Het kan bij opdrachtgevers ook anders lopen. Zo vertelt Paree dat hij een keer met succes een aanbesteding won, omdat hij inzette op circulair. ‘Dat betrof een gebouwencomplex met een deel bestaande bouw en een deel nieuwbouw. We keken vooraf goed naar de bestaande bouw en wat daar van de aanwezige elektrotechniek geschikt was voor hergebruik. De kabelgoten, pvc-buizen en de kabels in dat pand hoefden we niet te vervangen. Ook het schakelmateriaal bleek nog in goede staat, waardoor hergebruik mogelijk was. We investeerden er toen bewust veel tijd in om dat uit te zoeken in de aanbestedingsfase. Wij kregen de opdracht en het bleek naderhand dat onze concurrenten in deze aanbesteding waren uitgegaan van het totaal vervangen van alle installatietechniek. Die conculega’s waren minder tijd kwijt voor hun offerte, maar onze investering in tijd en aandacht betaalde zich uit.’

Tekst: Tom de Hoog
Fotografie: Unica/Paree