Omslag_EW05 600
September 2021

Listige lichtarmaturen kunnen ook in huis

24 01

Grotere (kantoor)gebouwen maken inmiddels bijna standaard gebruik van licht­armaturen waarin sensoren zijn opgenomen. Bijvoorbeeld voor het meten van ­lichtniveau, CO2-concentratie of aanwezigheid. Binnen de woningbouw worden deze mogelijkheden maar zelden toegepast. Toch zijn ook hier belangrijke voordelen te ­halen op het gebied van energiebesparing, veiligheid en comfort.

Lichtarmaturen zijn uitstekend geschikt voor het onderbrengen van sensoren. Niet alleen omdat er ruimte en standaard elektrische voeding beschikbaar is, maar ook omdat lichtarmaturen overal aanwezig zijn waar mensen zijn. Zowel buiten als binnen. Binnen kantoor- en andere bedrijfsomgevingen (horeca, tuinbouw, musea enzovoort) is de toepassing van deze armaturen al bijna een standaard. Menig GBS gebruikt de meetwaarden voor het aansturen van de verlichting zelf, maar ook voor ventilatie en verwarming. Daarnaast kunnen de sensoren een rol spelen wanneer het gaat om de beveiliging van een pand (bewegingsdetectie) of informatie geven over het aantal mensen dat zich in een pand bevindt.

Particulieren niet geïnteresseerd?

‘In de woningbouw lijkt het anders gesteld met het enthousiasme’, zegt Pedro de Smit, directeur van Clickey solutions. ‘De focus van ons bedrijf ligt op grote IoT smart building-projecten waar deze slimme armaturen worden toegepast. De toepassing van sensoren in woningen zie ik nog niet op gang komen. Ik vermoed dat particulieren minder snel te overtuigen zijn van het nut ervan. Zij zijn gewend zelf het lichtknopje en de thermostaat te bedienen. Wel steeds vaker met een smartphone en soms ook automatisch op basis van tijd of een scenario; echter zelden op basis van sensorgegevens die realtime aansturen op basis van behoefte.’ Toch kunnen dezelfde armaturen ook bij particulieren dezelfde voordelen opleveren. Bijvoorbeeld ten aanzien van energiebesparing. Door verwarming, licht en ventilatie aan te sturen op basis van temperatuur, aanwezigheid, daglicht en de CO2-concentratie, werken de installaties alleen wanneer dit nodig is. ­ De Smit: ‘Particulieren hebben deze voordelen nog in onvoldoende mate op het netvlies. Áls het dus op gang moet komen in de woningbouw, dan zal het initiatief waarschijnlijk meer moeten komen van aannemers of projectontwikkelaars die zich met nieuwbouw bezighouden.’ Ook Hans Smit van Lichtservice Nederland ziet het als specialist in lichtonderhoud nog nauwelijks binnen woningen. Smit: ‘Over sensoren in woningen hoor en lees ik weinig. Wel hoor je regelmatig over de rol die domotica gaat spelen in woningen, maar ook daar heb ik concreet nog niet veel op grote schaal gezien.’

‘Particulieren hebben de voordelen nog in onvoldoende mate op het netvlies’

24 02Door verwarming, licht en ventilatie aan te sturen op ­basis van sensor-metingen, werken ook de woninginstallaties alleen wanneer dit nodig is. (foto: Clickey solutions)

Van buiten naar binnen

Toch betekent het niet dat de woningbouw zich helemaal niet roert. VSA/Steinel ontwikkelde in de afgelopen jaren bijvoorbeeld een groot aantal armaturen, juist voor woningen. Rutger Schreuder, sales manager verlichting Benelux: ‘De toepassingen ín woningen moeten nog op gang komen, maar bijvoorbeeld de buitenarmaturen met sensoren zijn al jaren bekend. Dit zijn de armaturen met sensoren die beweging of aanwezigheid detecteren en op basis daarvan het licht in- en uitschakelen. Het feit dat er bínnen nog weinig gebruik van wordt gemaakt, kent verschillende redenen. Vanuit de overheid worden bijvoorbeeld geen eisen gesteld aan energiebesparing in huis en wordt niet gestimuleerd om met sensoren te werken.’ Verder kan de benodigde techniek een beperking zijn. Wanneer het alleen gaat om het besparen van verlichtingsenergie, dan is een aanwezigheidssensor in de armatuur voldoende. Deze armaturen zijn standaard beschikbaar en schakelen ter plekke de lichtbron. Maar als de betreffende sensoren meer moeten kunnen waarnemen dan alleen aanwezigheid, dan is het op basis van techniek ook noodzakelijk het een en ander in het woonhuis aan te passen. Zodanig dat de meting van de temperatuur in combinatie met aanwezigheid leidt tot het aansturen van bijvoorbeeld de cv-ketel. Erwin van ’t Veld, projectmanager bij VSA/Steinel: ‘Ziehier het verschil met kantoorpanden. In veel gevallen beschikken deze over een GBS waar al deze koppelingsmogelijkheden standaard beschikbaar zijn en er technisch niet veel wijzigingen meer nodig zijn. Binnen de woningbouw is daar nog nauwelijks aandacht voor geweest, waardoor implementatie van armaturen met sensoren complexer is dan in kantoorgebouwen. Dit tekort aan aandacht is op zich niet zo vreemd; in een woning stelt de wet geen eisen aan het lichtniveau of het klimaat, in kantoorpanden wel.’

Een sensor is meer dan techniek

Waar voorheen de techniek achter een sensor op de eerste plaats stond, gaat de consument nu ook steeds vaker eisen stellen aan de esthetische ­eigenschappen. Zo is er een trend naar donkere spots en bijbehorend schakelmateriaal, waarmee de techniek maximaal aan het zicht is te onttrekken. Onder andere Klemko houdt zich met deze materie bezig en werkt in dat kader bijvoorbeeld aan een vlakke lens die minder zichtbaar is dan een bolle. Het speciale prisma dat onderdeel uitmaakt van de oplossing is de reden dat deze platte sensor toch onder een hoek kan detecteren.

24 03VSA ontwikkelde in de afgelopen jaren slimme armaturen, juist ook voor woningen. (foto: VSA)

Luchtkwaliteit de trigger?

Wellicht kunnen installateurs een sleutelrol vervullen wanneer het gaat om het informeren van particulieren over de mogelijkheden van armaturen met sensoren. Deze zijn namelijk beduidend breder dan alleen energiebesparing. Directe beschikbaarheid van licht in ruimtes waarin zich mensen bevinden, betekent bijvoorbeeld niet alleen extra comfort, maar ook extra veiligheid. Dat comfort vertaalt zich in dat de gebruiker niet handmatig het licht hoeft in en uit te schakelen. Daarbij wordt de onderhoudsbehoefte lager. Het licht brandt immers alleen wanneer dit nodig is, waardoor de lampen uiteindelijk langer meegaan. De veiligheid neemt toe omdat de ruimte direct verlicht is waarmee de kans op een misstap of ergens tegenaan lopen afneemt. Ook is veiligheid te verbeteren door de mogelijkheid het alarmsysteem in te schakelen wanneer sensoren detecteren dat er niemand thuis is. Schreuder: ‘Je zou denken dat dit voldoende triggers zijn voor particulieren of woningbeheerders om het thema sensoren op te pakken. Dat is dus nog niet gebeurd, maar mogelijk biedt de toegenomen aandacht voor luchtkwaliteit kansen. Al langer lees je over de impact van een slechte luchtkwaliteit op de gezondheid. De lage kwaliteit is onder meer het gevolg van vervuiling met bijvoorbeeld fijnstof en dat huizen in het kader van energiebesparing steeds beter worden geïsoleerd. Hierdoor vindt er met regelmaat onvoldoende ventilatie plaats. De belangstelling om de luchtkwaliteit te meten en op basis hiervan te ventileren lijkt toe te nemen; deels ook ingegeven door de coronapandemie overigens. Dit zie je onder meer terug in de ontwikkeling van sensoren die naast de bekende grootheden als aanwezigheid, lichtsterkte en temperatuur ook vluchtige organische stoffen in de vorm van VOC en CO2 kunnen meten. Deze metingen zijn medebepalend voor het ventilatieniveau, maar ook het type filter.’ Daarnaast ziet VSA toekomst in het verder verhogen van de veiligheid op basis van sensoren. Van ’t Veld: ‘Bijvoorbeeld door een buitenarmatuur die naast schakelen op basis van aanwezigheid ook gelijktijdig beelden vastlegt of de mogelijkheid biedt om via je smartphone te spreken met degene die naast de armatuur (voor de deur) staat. De oplossing die sensorlamp, camera en intercom combineert, is al in ons programma opgenomen. Speciaal voor de woningmarkt.’

‘Mogelijk biedt de toegenomen aandacht voor luchtkwaliteit kansen’

24 04woning stelt de wet geen eisen aan het lichtniveau of het klimaat, in kantoorpanden wel.’

Eenvoudig te installeren

Tot slot is de verwachting dat de woningmarkt uiteindelijk toch overstag zal gaan als voldoende particulieren ervaren dat de installatie van deze sensoren niet moeilijk is. Zo bestaan er al geruime tijd buitenarmaturen die volledig op zonne-energie werken. Dit betekent dat er geen bedrading nodig is en dat de armatuur overal is te installeren. Ook zijn er oplossingen waarbij de sensor niet in de armatuur wordt aangebracht, maar bijvoorbeeld in de muur. In dat geval is het niet nodig om de armaturen te vervangen, maar alleen de schakelaar door een sensor. Klemko is een van de lichtleveranciers die aangeeft dat de in- en opbouwsensoren compatibel zijn met standaard centraaldozen. Joeri van der Kaaij, accountmanager bij Klemko: ‘Het gaat erom dat sensoren universeel zijn toe te passen. Zo passen onze sensoren zowel op vierkante als ronde centraaldozen. Verder hebben we verschillende varianten voor zowel 230 V als stekerbaar installeren. Ook het detectiebereik is inmiddels breed, waardoor ze geschikt zijn voor zowel grote ruimtes als particuliere woningen. Voldoende mogelijkheden om mee te beginnen!’

Tekst: Marjolein de Wit - Blok
Fotografie: Clickey solutions, VSA, Klemko

Lees meer artikelen in het dossier Verlichtinginstallaties