Omslag_EW05 600
Januari 2021

Werken in de wolken

Onderhoud windturbines vereist vakkennis en lef

28 01

Onderhoudsmonteurs in de windmolensector moeten geen last van hoogtevrees -hebben. Daarnaast vraagt het werk om grondige vakkennis en teamwork op locatie. De monteurs worden ondersteund door een monitoringcentrum dat ook het weerbeeld scherp in de gaten houdt. Een kijkje in de praktijk van windturbine-onderhoud.

Onderhoud aan een windmolen vraagt ­veel vakkennis en een portie durf’, vertelt Frans van Zetten van Rengineers, de marktleider in onderhoud van windturbines. ‘Je moet er wel tegen kunnen om meer dan honderd meter ­boven de grond in een kleine ruimte aan de slag te gaan. Op die hoogte voel je echt de kracht van de wind, het beweegt allemaal een beetje. Dan moet je stevig in je schoenen staan om een rondje olie te verversen, onderdelen te vervangen of een check op de elektra van een windturbine te doen.

Samenspel tussen teams

Van Zetten legt uit dat de mensen van de serviceteams gespecialiseerd zijn in het type windturbine waar ze onderhoud op doen. ‘We hebben dedicated teams voor bijvoorbeeld Vestas, of het nu daarin opgenomen NEG Micon. Zij weten dus echt alles van zo’n type turbine en waar de onderhoudsgevoelige zaken zitten. Ze gaan dan ook altijd op pad met een servicebus die de juiste materialen en onderdelen bevat.’ Deze mobiele serviceteams staan in nauw contact met ­het centrum waar alle windturbines worden gemonitord. Dat maakt niet alleen een slimme planning van het onderhoud mogelijk, maar is ook van belang voor de veiligheid van de mensen die buiten op hoogte aan het werk zijn. Van Zetten: ‘Toename van de windkracht of slecht weer houden we goed in de gaten. Onze teams worden gewaarschuwd als het weer gevaar op gaat leveren. De monteurs kunnen dan indien nodig op tijd het werk beëindigen.’

28 03De teams worden gewaarschuwd als het weer gevaar op gaat leveren, zodat de monteurs indien nodig op tijd het werk kunnen beëindigen.

Preventief onderhoud

Rengineers zet stevig in op preventief onderhoud. Van Zetten is daar kort en duidelijk over: ‘Windmolens gaan op den duur stilstaan als je ze niet onderhoudt en dat wil niemand. Draaiende delen als een tandwielkast hebben een bepaalde levensduur, maar die is lastig in te schatten. Zo hadden we een tijdje terug een turbine in Duitsland waar al 23 jaar dezelfde tandwielkast in draaide. Maar het gebeurt ook wel dat de tandwielen met vier à vijf jaar op zijn.’ Een spuitje olie moet er dus met regelmaat in, maar vooral door op afstand te monitoren kan bespaard worden op dure reparaties en wordt stilstand voorkomen. Bij het aangaan van een contract plaatst het bedrijf een modem bij de turbine. Zo kan cruciale informatie over de technische stand van zaken draadloos naar het monitoringcentrum worden verzonden. Over elke turbine is dus op elk moment informatie beschikbaar. ‘Altijd zullen we eerst op afstand proberen een probleem in een windturbine op te lossen. Het kan gaan om een reset, het aanpassen van een parameter of een ander op afstand te verhelpen mankement. Dat lukt bij circa 70 procent van de storingen. In de andere gevallen, waarbij er onderdelen moeten worden vervangen, gaat er een serviceteam op pad’, aldus van Zetten. Voor klanten met een contract is er de app WindUP. Hiermee is het mogelijk om windturbines live te volgen en productiegegevens uit te lezen. De app toont data van de windturbine, zoals opgewekte kWh per uur, dag, maand of jaar. Ook is voor de specifieke locatie een gedetailleerd weeroverzicht te zien met de focus op windsnelheid. Zelfs op afstand starten, stoppen en resetten van de windturbine is mogelijk met deze app.

28 02Met een lamp wordt de doorvoerunit van de hydraulische aansturing gecontroleerd op lekkages. De aan de aansturing verbonden slangen gaan naar de blauwe pitchcylinders.

Onshore en wereldwijd

Rengineers is een grote speler in onderhoud en beheer van onshore windturbines. ‘Wij hebben inmiddels zo’n 570 windmolens onder contract. Die staan vooral op locaties in Nederland met veel wind, maar we zijn ook internationaal actief. Zo hebben we een grote vestiging in Noord-Ierland’, aldus Van Zetten. ‘We zijn klein begonnen met de vetspuit en de filters, zou je kunnen zeggen. Maar dit jaar bestaan we 25 jaar en er is veel specialistische kennis in de onderneming aanwezig. Daarbij doen we niet alleen onderhoud en beheer, maar bouwen we ook. Zo gaat er een bouwteam naar Marokko om daar een 3,6 MW windturbine op te bouwen die hier in Nederland stond en die we hebben gedemonteerd. Wij geven deze windmolen een tweede leven en zo dragen we bij aan duurzaam gebruik van materialen en techniek. Een windturbine is namelijk echt niet afgeschreven na vijftien jaar. Op deze manier hebben we de afgelopen jaren al zo’n honderd projecten gedaan, vooral in het Verenigd Koninkrijk. We demonteren de turbine, reviseren deze helemaal en bouwen hem elders weer op.’ ‘Overigens monitoren we ook die turbines op afstand. Is er een storingsmelding, dan contacten we via de eigenaar van het windpark het lokale serviceteam. Dit verzorgen we zelfs voor een windmolenpark in ­Kazachstan. Zijn er onderdelen nodig dan regelen we dat. Remote support wordt dus steeds belangrijker voor ons. Dit specialisme bepaalt mede de internationale koers voor groei van het bedrijf. Het is ook de reden waarom we onze bedrijfsnaam sinds kort hebben veranderd van Bettink Service Team naar Rengineers, een samentrekking van de woorden ‘renewable’, ‘energy’ en ‘engineer’.

Pittige training

De onderhoudsmensen bij Rengineers vergaren hun kennis door eigen training en opleiding binnen het bedrijf, maar ook met externe trainingen voor bijvoorbeeld VPLS. ‘Fabrikanten geven ook wel trainingen, maar we leren het meest in onze praktijk’, aldus Van Zetten. De jongens – inderdaad: alleen maar mannen tot nu – die bij het bedrijf binnenkomen, krijgen een interne opleiding en een mentor die ze begeleidt in het opdoen van ervaring. Ook kijkt men naar welke turbines ze het best liggen. Dat gaat vooral over de nadruk op elektrische of mechanische aspecten van onderhoud. Als vooropleiding is mbo-elektrotechniek, -megatronica of -werktuigbouwkunde een pre.’
Voordat nieuwe collega’s meelopen in de praktijk krijgen ze onder andere een GWO-basic safety training met daarin ook een component ‘werken op hoogte’. Van Zetten: ‘Als het gaat om veiligheid is er de verplichte Persoonlijke Beschermingsmiddelen-set (PBM) met een veiligheidsharnas, een verbindingslijn en een verankeringspunt zodat een monteur zich kan vasthaken. Voor het werken in de turbinebehuizing zijn de GWO-richtlijnen en Arbo-catalogus voor windenergie van toepassing.’

Tekst: Tom de Hoog
Fotografie: Imoti