Omslag_EW05 600
November/December 2021

Waar let je op bij de overstap naar led?

Retrofit versus relighting

26 01

Een aantal jaar geleden werd de gloeilamp verboden in Europa en sinds september van dit jaar geldt dit ook voor de bekende spaarlampen en tl-verlichting. Dit naar aanleiding van de Single Lighting Regulation (SLR). Om aan de nieuwe eisen en wetten te voldoen, is overstappen naar led een logische keus. Eenvoudig gezegd, maar de praktijk leert dat led op wezenlijke punten afwijkt van conventionele lichtbronnen. Kennis van de materie ondersteunt het maken van de juiste keuze.

Het verbod op verschillende lampen binnen Europa hangt grotendeels samen met de wens om zoveel mogelijk energie te besparen en hiermee klimaatverandering tegen te gaan. Dit is mogelijk door gloeilampen, maar ook spaar- en tl-lampen te vervangen door energiezuinige alternatieven zoals led. Ten opzichte van conventionele verlichting zijn met led tientallen procenten energie te besparen en de impact op het milieu te verlagen. Daarbij hebben deze lichtbronnen een langere levensduur, wat in het kader van duurzaamheid ook een goede eigenschap is. Overstappen is dus het devies.

Soorten retrofit

Het overstappen van conventionele naar ledverlichting is grofweg op twee niveaus mogelijk. De eerste valt onder de noemer ‘retrofit’. Een term die aangeeft dat de armatuur met al zijn technieken behouden blijft, en dat alleen de oude lichtbron wordt vervangen door een andere lichtbron; in dit geval led.
Jan-Pieter Heimgartner, technical customer support & after sales Benelux bij Ledvance, ziet grote voordelen in retrofitting. ‘Voor sommige mensen heeft retrofit een negatieve lading. Alsof het van vroeger zou zijn, een ouderwetse oplossing die je niet al te serieus moet nemen. Anderzijds moeten we niet vergeten dat we al heel lang bezig zijn met het retrofitten van verlichting. We stapten immers vroeger allemaal over naar spaarlampen door de gloeilamp te verwijderen en een-op-een te vervangen door een spaarlamp. Wat dat betreft niets nieuws onder de zon dus en retrofit blijft een relatief eenvoudige en hiermee goedkope manier om te voldoen aan de wet- en regelgeving en om energie te besparen.’

Verkeerde keuze kan leiden tot te laag lichtniveau of schittering

Retrofit tl

Retrofitten met led vraagt technisch gezien in bepaalde gevallen wel extra aandacht. Een belangrijk verschil tussen conventionele verlichting en led is bijvoorbeeld dat de laatste wordt aangestuurd met een driver. Bij oude tl-armaturen is het voldoende om de oude buis en de starter te verwijderen en een nieuwe ledbuis te plaatsen. Maar wanneer de armatuur in kwestie voorzien is van een elektronische ballast, dan is het belangrijk dat deze compatibel is met de ledbuis. Is dit niet het geval, dan zal een andere driver moeten worden gekozen en geplaatst.
Een ander oplossing is het om ledbuis direct op het lichtnet aan te sluiten. Heimgartner: ‘Vergeet in dit laatste geval niet om de armatuur te markeren. Hiermee wordt voor anderen duidelijk dat de driver hier niet meer beschikbaar is en de buis uitsluitend nog is aan te sluiten op 230 V.’

26 02Op de Steiner School in Brussel (B) is gebruik gemaakt van oude armaturen die zijn omgebouwd. Hierbij is een efficiëntiewinst van 67 procent behaald, een verdubbeling van het verlichtingsniveau gerealiseerd en is de impact op grondstoffen minimaal.

Relighting

Een tweede mogelijkheid om over te stappen naar led is niet alleen de lichtbron te vervangen, maar de volledige armatuur. Dit wordt relighting genoemd. Het gaat dan in principe om een (veel) nieuwere oplossing, die tevens vaak meer mogelijkheden biedt. Relighting wordt dan ook vaak aangegrepen om ook direct optimalisaties door te voeren.
Heimgartner: ‘In sommige gevallen is relighting echter niet mogelijk. Bijvoorbeeld wanneer de huidige armaturen zodanig in het plafond zijn geïntegreerd dat het aanpassen van het plafond eenvoudig te duur wordt of op een andere manier onoverkomelijk is. Je kunt dan niet anders dan gebruik maken van de bestaande armaturen en uitsluitend de lichtbron zelf wisselen.’

Kennis van zaken

Buiten de technische problematiek met starters en drivers zijn er nog enkele belangrijke verschillen tussen conventionele en ledverlichting. Deze verschillen maken het noodzakelijk om de overstap naar led te maken met voldoende kennis van zaken. Een verkeerde keuze kan namelijk leiden tot bijvoorbeeld een te laag lichtniveau of hinder door schittering. Factoren die bepalend zijn voor het gevoel van comfort in een ruimte, maar ook voor de concentratie en productiviteit en hiermee tevens de veiligheid van mens en omgeving.
Jan van Riel, manager van de Trilux Benelux Akademie, kent de valkuilen die kunnen optreden bij het overstappen naar led. ‘Ergens kun je zeggen: licht blijft licht, maar dat is in dit geval niet zo. Led is wat mij betreft nog technischer licht dan bijvoorbeeld gloei- of spaarlampen en dat blijkt ook uit de bijbehorende documentatie die voor led veel omvangrijker is. Je hebt immers niet alleen te maken met een andere lichtbron, maar ook met drivers. Al deze elementen hebben invloed op onder meer de lichtverdeling, verblinding en mogelijke ongelijkmatigheden. Ook de berekeningen met ledverlichting zijn hiermee omvangrijker en complexer.’

26 03Op de Place Vendôme in Parijs zijn 228 armaturen geüpgraded. Dit leidde tot forse energiebesparingen en bijbehorende vermindering van de CO2-uitstoot.

Proeven

Om het verschil tussen conventionele en led verlichting aan te tonen, noemt Van Riel enkele opmerkelijke effecten. ‘Het licht zelf zie je eigenlijk niet. In feite zie je de reflectie van het licht die je ten eerste kan verblinden, maar ook nawerkt in het oog. Er zijn enkele interessante proeven waaruit duidelijk wordt dat het samenspel tussen hersenen en ogen kunnen leiden tot een beeldvorming die er in het echt niet is. Bijvoorbeeld wanneer er wordt gewerkt met punten in een bepaald raster of een bepaalde kleur, kunnen kleuren foutief worden waargenomen en kunnen zelfs delen van de afbeelding wegvallen. De uitkomsten van dit soort proeven is juist belangrijk voor ledverlichting omdat dit type verlichting veelal met kleine lichtpuntjes werkt, terwijl conventionele lampen vaak veel homogener licht uitstralen.’

Oud versus nieuw

Een echte valkuil is volgens Van Riel vergeten dat bij de overstap naar led niet moet worden uitgegaan van het huidige lichtniveau. Dit is immers afkomstig van oude armaturen en hiermee vaak aan de lage kant. Beter is het om uit te gaan van de wet- en regelgeving die per omgeving en type werkzaamheden aangeeft hoeveel licht er nodig is. Op basis van deze uitkomsten wordt vervolgens de juiste ledlamp gekozen.
Maar ook dan is het nog oppassen. Wanneer gekozen wordt voor retrofit – dus met behoud van de armatuur – dan zal het lichtniveau van een ledlichtbron lager zijn dan wanneer ook de armatuur wordt vervangen door een specifiek ledarmatuur. In de praktijk zijn er in de laatste situatie dan minder armaturen nodig, terwijl er volop energie wordt bespaard. Bij retrofit zijn er juist meer armaturen nodig dan de oorspronkelijke situatie om het vereiste lichtniveau te behalen, omdat de led hier niet zijn maximale efficiëntie haalt. Hierdoor vallen de kosten soms hoger uit, ondanks dat er alsnog een belangrijke hoeveelheid energie wordt bespaard.

Visueel comfort

Samenvattend is het bij de overstap naar led belangrijk om te voldoen aan de technische eisen die led stelt aan armaturen en drivers. Maar vergeet daarbij niet dat naast energiebesparing ook visueel comfort minimaal zo belangrijk is.

26 04

‘Licht vernieuwen naar led. Wat moet je weten?’

Om installateurs, particulieren en bedrijven te helpen de overstap te maken naar led, is het boek ‘Licht vernieuwen naar led. Wat moet je weten?’ gepubliceerd. De uitgave is geschreven in een samenwerking tussen de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV), het Belgisch Instituut voor Verlichtingskunde (BIV) en Groen Licht Vlaanderen (GLV). De verschillende organisaties zijn deze samenwerking aangegaan omdat beide landen in principe moeten voldoen aan dezelfde Europese regels.
Juliëtte van Duijnhoven, universitair docent aan de TU Eindhoven en voorzitter van het kernteam Indoor Lighting van de NSVV: ‘Gezamenlijk kunnen we onze boodschap veel breder uitdragen en hiermee de impact maximaliseren met betrekking tot energiebesparing en het verminderen van CO2-emissies.’
De publicatie ‘Licht vernieuwen naar led, wat moet je weten’, is te bestellen via: NSVV (www.nsvv.nl), Groen Licht Vlaanderen (www.groenlichtvlaanderen.be) en IBE-BIV (www.ibe-biv.be).

Tekst: Marjolein de Wit - Blok
Fotografie: Industrie