EW04 Omslag 600
Augustus 2012

Financiering duurzame projecten vergt integraal denkvermogen

Financiering

De vraag naar duurzame energie neemt snel toe, zowel bij bedrijven als particulieren, blijkt uit cijfers van Tennet. Er is werk aan de winkel voor installatiebedrijven, want er moeten wkk’s, zonne-energiesystemen, zonnepanelen, smart grids en oplaadpalen worden aangelegd. Maar ondanks alle belangstelling en kansen die er liggen, lijkt de markt op slot te zitten. Financiering van projecten komt nauwelijks van de grond. Hoe komt dat?

Om alleen de crisis de schuld te geven van de moeizame financiering van duurzame energie is te simpel. Het is niet voor niets dat meerdere partijen momenteel onderzoeken wat de drempels zijn voor financiering. Zo onderzoekt bijvoorbeeld de ASN Bank samen met onder andere Urgenda wat de knelpunten zijn voor het van de grond krijgen van lokale initiatieven rond renovaties.

Econoom Marleen Janssen Groesbeek, beleidsadviseur Duurzaamheid bij Eumedion en nummer 62 van de Duurzame Top 100 van dagblad Trouw, schrijft al jaren met een financiële blik over duurzaam ondernemen. Eumedion behartigt de belangen van de bij haar aangesloten institutionele beleggers op het gebied van corporate governance en duurzaamheid. ‘Iemand moet een keer bewegen’, zegt zij over de patstelling die lijkt te bestaan op de (lokale) duurzame energiemarkt.

Ook Janssen Groesbeek noemt onderzoek naar obstakels bij het tot stand komen van duurzame initiatieven. ‘Binnenkort komt stichting Holland Financial Centre (HFC), een publiek private samenwerking tussen partijen uit de financiële sector, de overheid en de toezichthouders, met een rapport dat vooruitloopt op de groene investeringsmaatschappij die gaat worden gebruikt voor het financieren van duurzame energieprojecten. Daaraan gekoppeld zit ook een Zuid-Hollandse Green Deal van warmteopslag en geothermiek’, zegt zij. ‘Gekoppeld aan dit initiatief willen de betrokkenen een bureau opzetten dat in kaart moet brengen waar de wettelijke en psychologische obstakels zitten. Wat houdt mensen tegen? Waar zit de provinciale regelgeving, de gemeentewetgeving, de rijkswetgeving in de weg? Wat houdt Nederland tegen bij de transitie naar duurzame energie?’

Initiatief

Om de financiering van duurzame energie vlot te trekken, moeten overheden, banken en financiële instellingen met initiatieven komen. Door de economische crisis is financiering op dit moment een probleem. Maar er is meer aan de hand. Want Nederland maakt ook een keuze door veel geld te steken in fossiele brandstoffen. ‘Daar verdienen we als Nederland aan’, zegt Janssen Groesbeek. ‘Wij handelen in energie, in olie en gas. Er zijn bijvoorbeeld miljarden geïnvesteerd in de gasrotonde in Noord-Nederland. De belangen om over te stappen op duurzame energie zijn dan ook niet zo groot als bijvoorbeeld in Duitsland. Daar zie je dat enorm wordt geïnvesteerd in duurzame systemen. Maar vasthouden aan fossiele brandstoffen betekent uiteindelijk dat Nederland een achterstand oploopt ten opzichte van haar buurlanden. Want de trend in energie is regionaal en zelfvoorzienend. De consument is niet gek, want zij zien ook dat er steeds goedkopere zonnepanelen op de markt komen en zien tegelijkertijd de energierekening stijgen.’

Kansen

Voor de installateur liggen hier dan ook de kansen, want zij kunnen bij woningbouwcorporaties, bedrijven en particulieren duurzame energievoorzieningen installeren. Maar een installateur die een goed aanbod naar zijn klanten wil doen, en daarvoor al dan niet groene financiering nodig heeft, heeft het lastig. Uit het rapport ‘Terug naar een duurzame toekomst’ , dat Janssen Groesbeek samen met Ruud Schuurs en Wibo Koole vorig jaar schreef, bleek onder meer dat de kennis over duurzaamheid en groene kredietverlening van bankiers vaak bij het hoofdkantoor zit. ‘Als lokale ondernemers dan naar lokale vestigingen van die bank gaan, dan ontbeert de lokale accountmanager die kennis. ABN Amro heeft het daarom zo georganiseerd dat als er vragen komen over duurzaamheid, er een direct contact kan worden gelegd met de duurzaamheidsafdeling op het hoofdkantoor. Helaas stapt een accountmanager bij een bank in de praktijk niet zo gemakkelijk over zijn trots heen om dat te doen. Voor die lokale kantoren zouden betere vastomlijnde financieringspakketten moeten worden samengesteld, zodat zij de installateurs iets te bieden hebben. Maar dat moeten ze wel willen, want dit soort pakketten zijn ingewikkelder en dus duurder om samen te stellen.’

Voor banken is financiering van duurzame energie dus lastig. Grotere vermogensbeheerders, zoals pensioenfondsen, willen wel, maar kiezen liever voor grote projecten. ‘Voor grote vermogensbeheerders is het nu eenmaal gemakkelijker om te investeren in een fabriek in zonnecellen dan in een lokaal initiatief. Er zit een enorm gat voor financiering van regionale initiatieven. In Groot-Brittannië stapt de Green Investment Bank in dat gat voor financiering van groene mkb- projecten. De vergelijkbare Groene Investeringsbank in Nederland heeft echter juist de neiging om weer in hele grote projecten te denken.’

Samenwerking Unica en ASN Bank
Unica en de ASN Bank werken samen bij de duurzame energievoorziening van zeven grote gebouwen in nederland. De gebouwen hebben samen een oppervlakte van 170.000 m2. de ASN Bank (her)financiert de wko-systemen die Unica langjarig exploiteert. Het gaat om een financiering van 8,1 miljoen euro. Deze financiering stelt Unica in staat om nieuwe wko-initiatieven te ontwikkelen.

Binnen de samenwerking tussen Unica en ASN Bank gaat het om de volgende projecten:
- FNWI-gebouw van de Universiteit van Amsterdam op het Science Park
- Irdeto in Hoofddorp
- Woonzorgcentrum Spikvoorde in Deventer
- Facet in Utrecht
- Winkelcentrum centrumplan in Geleen
- KPMG-kantoor Victoria in Rotterdam
- Oostereiland in Hoorn, een spraakmakend renovatieproject voor wonen, werken en vrije tijd’   

 

Waar liggen kansen?

Hoe krijgt de MBK-installateur dan wel mogelijkheden tot financiering? Janssen Groesbeek ziet hier ook een rol voor UNETO-VNI. ‘Ik zou de brancheorganisatie zeker aanraden te gaan praten met een bank waarvoor duurzaamheid een groot thema is, bijvoorbeeld Rabobank, ING, Triodos of ASN. Ga praten en kijk of er gezamenlijk financieringspakketten kunnen worden ontwikkeld. Hoe hoger de olieprijs wordt, hoe sneller het rendement oplevert. Bovendien kan dit worden opgepakt als een groot werkgelegenheidsproject, want duurzame energie creëert banen. Kijk maar naar Duitsland.’

De transitie naar duurzame energie betekent dat de bestaande infrastructuur totaal anders moet. Als de helft van Nederland elektrisch gaat rijden, moeten de benzinepompen op de schop. ‘Het is lastig, en nog niet eerder gedaan’, zegt Janssen Groesbeek,  ‘maar de ontwikkeling valt niet te stoppen. We moeten mee met deze trend om de kennis en werkgelegenheid op niveau te houden.’

De initiatieven zijn dus lokaal. Zo zijn er verschillende steden op zoek naar manieren om energieneutraal te worden. Zij zijn ook op zoek naar financiering van energieneutrale bouw. Zo is een woningcorporatie in Roosendaal bezig de bestaande bouw energieneutraal te maken door passiefbouw. Maar er is veel meer mogelijk. Janssen Groesbeek: ‘Denk aan microkredieten, waarbij kleinere initiatieven kunnen worden gefinancierd. Ik zou het prachtig vinden als bijvoorbeeld scholen worden voorzien van zonnepanelen, zodat ze zo kleine energiecentrales worden voor de wijk. Klanten van ing in die buurt sluiten dan bijvoorbeeld gezamenlijk een lening af om die school vol te leggen met zonnepanelen. Die lening wordt afgelost door de lagere energierekening. Bovendien kan de school zich dan deels zelf financieren waardoor ze minder geld nodig hebben van de overheid. Maar daarvoor moeten we integraal denken. Dat is blijkbaar nu nog moeilijk.’

Voldoende rendement

Anouk Blüm is als accountmanager duurzame financieringen bij ASN Bank verantwoordelijk voor het financieren van duurzame projecten. ‘Zo’n project  met Unica is mogelijk omdat dit op de lange termijn voldoende rendement oplevert. Een samenwerking met een grote partij als Unica betekent dat het project de juiste schaalgrootte krijgt, waardoor financiering haalbaar wordt.’

Alle financieringen worden getoetst door de afdeling Duurzaamheid van de ASN Bank. Deze afdeling beslist of projecten voldoen aan de doelstelling van de bank. De criteria hiervoor zijn vastgelegd in verschillende issuepapers rond drie pijlers: mensenrechten, klimaat en biodiversiteit. ‘Op dit moment hebben wko’s het beste terugverdienmodel’, zegt Blüm. ‘Zonne-energie is minder rendabel omdat zonnepanelen in verhouding duurder zijn. Wko’s dringen bovendien het gasgebruik terug, terwijl zonnepanelen de vraag naar fossiel opgewekte elektriciteit terugdringen. Omdat gas duurder is dan elektriciteit is de potentiële besparing van wko dus hoger, terwijl de aanschafprijs in verhouding laag is.’ Unica werd als partner gekozen omdat zij de schaalgrootte en de expertise hebben. ‘Wij zoeken partijen die ‘mandjes’ kunnen maken van bedrijven, waardoor een clustering van wko’s ontstaat. Als dat bij elkaar komt, dan is er financieringsbasis.’

De ASN Bank onderzoekt op dit moment samen met onder andere Urgenda wat de knelpunten zijn bij het tot stand komen van initiatieven gericht op energiebesparing en verduurzaming. De doelstelling van Urgenda is om Nederland sneller duurzaam te maken, samen met bedrijven, overheden, maatschappelijke organisaties en particulieren.

Banken met een Groenfonds
De onderstaande banken en instellingen zijn door de overheid erkend als groene instelling, in de regeling omschreven als (een bank met) een groenfonds.
- BNP Paribas Groen Fonds
- Rabo Groen bank
- ABN Amro Groenbank
- Nationaal Groenfonds
- ASN Groenprojectenfonds
- Triodos Groenfonds
- ASN Groenbank
- Stichting Nots Reinvestments
- ING Groenbank

Grenzen aan financiering

Voor kleinere initiatieven is het ook bij de ASN Bank moeilijker financiering rond te krijgen. ‘In principe is duidelijk dat hoe groter het project is, hoe beter dit financierbaar is, zegt Blüm. ‘Kleinere projecten zijn minder efficiënt en soms ingewikkelder. Alleen al de expertise die nodig is voor het opstellen van contracten, is voor veel kleinere installateurs een stap te ver. UNETO-VNI zou hier wel een rol in kunnen spelen. asn staat absoluut open voor een bundeling van projecten van kleinere installateurs. Het is vaak de kleine omvang die financieringen moeilijk maakt omdat er net zoveel kosten worden gemaakt voor kleine financieringen als bij grotere. Passende en standaardcontracten met betrouwbare partijen zijn hier inderdaad essentieel. Ook is een eigen inbreng noodzakelijk, afhankelijk van het risico van de projecten. Het zou uniek zijn. Zover ik weet, wordt dit nog niet gedaan door andere brancheverenigingen.’

ASN staat ook open  voor  geheel  nieuwe  constructies, zoals het ontzorgen van de energievoorziening door exploitanten waarbij installateurs zorgen voor de verduurzaming van de energie via bijvoorbeeld de verlichting en de gebruiker de financiering terugbetaalt uit de besparing. ‘Zo’n soort constructie is een win-winsituatie voor alle partijen. De uitdaging zit hier wederom de bundeling van projecten. Op zichzelf staand zijn ze te klein, maar door een grote partij ertussen te schuiven, is dit wel weer mogelijk. Bij zo’n soort constructie is de zekerheidspositie voor een bank nog wel een issue. Wat gebeurt bijvoorbeeld bij een faillissement? We vinden het echter zeker de moeite waard om hier dieper in te duiken.’

Tekst: Yvonne Keijzers
Illustratieie: Bob Leenders