EW07 omslag 600
16 mei 2024

Installatiesector in problemen door wegvallen normering (hybride) warmtepomp

Hoofdlijnenakkoord nieuwe kabinet

remeha opening fabrikant-webDemissionaire ministers Jetten en De Jonge bij de opening van de warmtepompfabriek van Remeha in Apeldoorn(foto Paul Smorenburg)

De verplichting om vanaf 2026, bij het vervangen van de verwarmingsketel, een warmtepomp te installeren, gaat als het aan het toekomstige rechtse kabinet ligt niet door. Dat is voor de installatiesector de belangrijkste conclusie na lezing van het hoofdlijnenakkoord dat PVV, NSC, VVD en BBB afgelopen nacht presenteerden.

Niets zo veranderlijk als het overheidsbeleid. Kondigde demissionair minister De Jonge bij de opening van de VSK in mei 2022 nog met veel bravoure aan dat vanaf 2026 de eisen aan de efficiëntie van verwarmingsinstallaties worden verscherpt, het kabinet dat binnenkort zal aantreden zet een dikke streep door deze maatregel. En dat terwijl het kabinet het voornemen op 26 april 2023 nog eens bekrachtigde in een pakket van meer dan 100 maatregelen.

Ondoordacht besluit

Het schrappen van de normering betekent een flinke slag voor de warmtepompsector die het laatste half jaar toch al te maken heeft met een krimpende groei. Het is een flinke tegenvaller dat met name een partij als NSC, dat bekend staat als een hartstochtelijk pleitbezorger van een betrouwbare overheid, dit heeft moeten slikken bij de onderhandelingen over het hoofdlijnenakkoord. Voorzitter Doekle Terpstra van brancheorganisatie Techniek Nederland vindt dat het nieuwe kabinet hiermee een complete sector in grote problemen brengt. ‘We hebben als sector afspraken gemaakt met de overheid en verwachten van de overheid dat zij die afspraken nakomt. Dit is een ondoordacht besluit’, zo zegt hij na een nachtje slapen.’ Installateurs en warmtepompfabrikanten hebben volgens Terpstra tientallen miljoenen geïnvesteerd in opleidingen en productiecapaciteit. Zo investeerde Remeha in 2023 in een fabriek waar dit jaar 140.000 hybride warmtepompen van de band afrollen. ‘Deze maatregel moet ook echt van tafel’, vindt Terpstra die over dit onderwerp zo snel mogelijk in gesprek wil met het nieuwe kabinet.

Salderingsregeling

In de budgettaire toelage bij het Hoofdlijnenakkoord is verder te lezen dat het nieuwe kabinet voornemens is de salderingsregeling per 1 januari 2027 alsnog te schrappen. Na jarenlang soebatten besloot de Eerste Kamer in februari van dit jaar deze regeling tóch in stand te houden om ook huishoudens die minder te besteden hebben, te stimuleren panelen aan te schaffen. Daar komt het nieuwe kabinet nu op terug. Hoewel Techniek Nederland altijd een voorstander was van afbouw, was de brancheorganisatie blij met de duidelijkheid die was geschapen. Nu zegt Terpstra ‘ontstemd’ te zijn over het voornemen om de salderingsregeling af te schaffen zonder afbouwpad in 2027, zoals het nieuwe kabinet van plan is. ‘De Eerste Kamer heeft drie maanden geleden, nota bene met steun van PVV en BBB, besloten dat de salderingsregeling moest blijven. Daardoor begint de zonnestroombranche zich nu een beetje te herstellen. Het nieuwe kabinet haalt dat herstel nu onderuit.’ Het afschaffen van de salderingsregeling moet volgens Techniek Nederland in elk geval geleidelijk gebeuren, zoals in het oorspronkelijke wetsvoorstel stond. 

Positief

Hoewel een heldere visie op het technisch beroepsonderwijs in het hoofdlijnenakkoord nog ontbreekt, zegt Terpstra vertrouwen te hebben dat het nieuwe kabinet het belang van het technisch beroepsonderwijs onderkent. Ook is hij positief over de aangekondigde investeringen in infrastructuur en woningbouw. Dat het nieuwe kabinet kijkt naar het uitstellen van de invoering van zero-emissiezones, zoals zijn organisatie in een White paper bepleitte, is eveneens hoopgevend. ‘Uniforme regels voor de invoering van zero-emissiezones zijn cruciaal’, aldus Terpstra.

Lees ook:

Andere zaken in hoofdlijnenakkoord 2024 – 2028 van PVV, VVD, NSC en BBB

  • Geen verplichte labelsprongen voor koopwoningen
  • Uitstel van zero-emissiezones om uitzonderingen voor ondernemers landelijk te kunnen regelen (standaardiseren).
  • Het oplossen van netcongestie krijgt voorrang, waarbij de regie bij het kabinet ligt, onder andere als het gaat om (her-)prioritering van wie wanneer op het net wordt aangesloten.
  • Er worden geen extra, nationale duurzaamheidsregels voor bouwen opgelegd.
  • Minder subsidies voor duurzame energie en alle begrotingen
  • Invoeren circulaire plastic heffing
  • Voor de SDE-uitgaven wordt de prijsrisico-buffer verlaagd naar 10 procent.
  • Compensatie transitievergoeding beperken tot kleine werkgevers
  • De compensatie voor werkgevers bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid (na afloop van de twee jaar loondoorbetalingsplicht) wordt beperkt tot kleine werkgevers (minder dan 25 werknemers). Werkgevers met 25 of meer werknemers worden niet meer gecompenseerd.
  • Het budget voor het Klimaatfonds wordt verlaagd met 1,2 miljard euro.
  • De middelen voor de ontwikkeling van batterijen en groene waterstof worden (naar rato van het huidige budget) verlaagd.

Lees hier het volledige hoofdlijnenakkoord